EEN NIEUWE VOLWASSEN HOND IN HUIS


Het is raadzaam om deze tekst van tijd tot tijd door te lezen, probeer je zoveel mogelijk voor te bereiden op jouw nieuwe hond.

Het zal zeker een aantal weken duren voordat een volwassen hond zich bij jou thuis voelt en je de ware hond leert kennen. Al denk je van niet. Laat je niet verrassen door je lieve kalme hond.Hij heeft even de tijd nodig om het reilen en zeilen van zijn nieuwe omgeving te leren kennen. Oordeel ook niet te snel als je hond de eerste periode eerst heel druk lijkt. Het kan even duren maar geef hem wat tijd vooraleer hij alles gewend is en zijn rust heeft gevonden.

Het allerbelangrijkste: Consequent zijn en gewenst gedrag belonen. Consequent zijn, vanaf het eerste moment!

Wanneer je een volwassen hond of adoptiehond net in huis hebt, ben je misschien geneigd om uit medelijden heel tolerant met je hond om te gaan en veel door de vingers te zien. Je wil graag dat je hond zich snel op z'n gemak voelt en stelt daardoor weinig eisen. Voor je hond is deze tolerantie lang niet zo fijn als je denkt!

Jouw hond heeft behoefte aan een duidelijke leider die zorgt voor zijn veiligheid en comfort en voor hem de grenzen en regels duidelijk maakt. Consequent zijn betekent zeker niet streng zijn. Consequent zijn betekent duidelijk zijn en steeds dezelfde discipline hebben. Dat betekent ja is ja en neen is neen. Als de hond iets doet wat niet mag, dan verbiedt je dat altijd. Maar ook als hij iets doet dat je wel bevalt dan laat je het zeker niet om hem te belonen, al is het maar door even te kijken en "goed zo" te zeggen.

Waarom moet je hond onmiddellijk een duidelijke leiding hebben?

Jouw hond is van nature een sociaal dier. Als een sociale groep goed moet functioneren is er steeds een duidelijke hiërarchie nodig. Dat betekent dat er iemand de leiding neemt en dat ben hopelijk jij ! De leider (jij dus) hoeft geen boeman te zijn, maar bepaalt duidelijk de regels en neemt de beslissingen en jij bent daardoor ook de steun en toeverlaat van je hond. Dit helpt de hond om sneller zijn plaats te kennen en zich op z'n gemak te voelen.

Belonen:

Wat is een beloning? Heel eenvoudig. Een beloning is alles wat je hond graag heeft.

Je hond moet zijn nieuwe eigenaar en zijn nieuwe omgeving leren kennen en leren wat mag en niet mag.

Het belangrijkste is dat je telkens beloont (met je stem, met spel, met snoep, een aai of enkel maar met een lachende blik) als je hond iets doet dat je later nog wil zien.

Dus kijk naar wat je hond doet en vraag je telkens af "wil ik dat, of wil ik dat niet"

Als je dat in de toekomst wil, dan beloon je hem. Als je dat in de toekomst niet meer wil, dan zorg je dat hij het niet leert en vermijd je het in de toekomst.

De gouden regel om je hond iets te leren is, beloon gewenst gedrag.

De eerste nachten.

Ga steeds voor het slapen gaan nog eens buiten met je hond om zijn behoefte te doen. Speel geen actieve spelletjes meer. Dit zorgt dat je hond actief is en moeilijker zijn rust vindt. Vaak zal je hond de eerste nacht(en) gaan blaffen en/of janken, hij is onzeker, bang en alleen. Negatief gedrag moet je nooit belonen, dus als u naar hem toe gaat (ook om hem op zijn kop te geven of om hem te sussen) zal hij zeker de volgende nacht weer janken (hij boekte namelijk de nacht daarvoor ook resultaat). Met oudere honden en asielhonden doe je best het volgende;

Je laat ze zo dicht mogelijk bij je slapen. Je laat ze best niet op het bed (tenzij een hele kleine hond) maar bijvoorbeeld in een bench, zodat hij de aanwezigheid voelt en weet dat hij niet alleen is. Gaat dit goed, dan kun je beslissen om de bench geleidelijk aan te verplaatsen naar de gewenste plaats. Schuif dan iedere dag de bench een beetje op naar de richting waar u hem uiteindelijk wilt hebben. Dit scheelt heel veel stress voor jou , je familieleden, buren maar ook voor je hond die in korte tijd toch al heel veel heeft meegemaakt. Het kan zijn dat jouw hond paniekerig wordt in de bench. Dit kan voorkomen bij honden die nooit in

een bench gezeten hebben. Meestal hebben deze honden dan sowieso altijd los gezeten en zullen waarschijnlijk weinig fout doen. Best kun je dat testen door een camera te zetten als je even weg gaat. Dan kun je zien of je hond rustig is of ongewenst gedrag doet.

Een eigen plek.

Je hond heeft behoefte aan een eigen plek waar hij zich veilig voelt en niet gestoord wordt (bijvoorbeeld door de kinderen). Deze plek kan bijvoorbeeld een bench zijn waar je een deken of doek overheen kunt hangen en de hond zijn eigen "hol" heeft. Zet deze op een plek waar de hond de hele kamer kan overzien en observeren. Bij het aanleren van 'alleen zijn' speelt de eigen plek een belangrijke rol. Sommige honden zijn geen bench gewoon. Het is dan nuttig om deze eerst aan te leren of helemaal geen te gebruiken. Een mand is dan soms al voldoende.

Het uitlaten.

Doe de eerste dagen geen lange wandelingen met je hond. Hij heeft het nodig om eerst tot rust te komen. Daarom is het voor je hond prettiger om een aantal keren per dag een (korte) vaste route te lopen. Zo leert hij de directe omgeving kennen. Een vaste ritme en bekende plekjes helpen ook om sneller zindelijk te worden.

Doe de hond een halsband om die strak genoeg zit, zodat hij er niet uit kan glippen. Een gewone riem is aan te bevelen. De (niet-flexibele) riem zorgt ervoor dat de hond dicht bij u blijft en dat je meer 'grip' heb, zodat bij onverwachte omstandigheden (schrik en paniek bij de hond) de riem niet plots uit jouw handen schiet.

Neem de beslissingen.

Jij beslist naar waar je wandeld. Jij beslist hoe snel je wandelt (of jogt). Jij beslist wanneer je stopt om hem te laten snuffelen en /of te ontlasten/plassen. Jij beslist wanneer je doorgaat na het snuffelen of plassen. Jij zorgt voor de veiligheid en draait desnoods terug als je een moeilijke hond tegemoet komt.

Kortom zorg dat jij de leiding hebt en blijft houden.

Onaangelijnd uitlaten.

Houd je hond zeker de eerste tijd aan de lijn! Bouw eerst aan de relatie met je hond. Als je hond er aan toe is, en je hem thuis al het commando" kom hier" hebt aangeleerd, kun je testen of hij ook luistert als hij buiten is.

Dit doe je door een lange leiband (+/- 5 m) te gebruiken.

Test of hij komt als je het commando daarvoor geeft.

Test "kom hier" ook als er afleiding is.

Je merkt snel genoeg wanneer het commando werkt en wanneer niet. Een goede referentie is dat je hond minstens 8/10 keer moet komen als je hem roept in verschillende omstandigheden.

Als dat zo is kun je op de daarvoor geschikt plaatsen de leiband los laten. Zo heb je nog steeds wat controle. Later als je het helemaal vertrouwt en je een hechte band hebt met je hond kun je de leiband af doen.

Zorg dat het mag, kan en veilig is voor zowel jezelf, je hond en de omgeving.

Heb je kinderen of kleinkinderen?

Omdat de meeste bijtincidenten thuis gebeuren en de meeste kinderen gebeten worden door hun eigen hond zijn dit de belangrijkste regels die je kinderen of kleinkinderen moeten leren.

Leer je kinderen/ kleinkinderen dat zij de hond ten allen tijde met rust laten als hij in z'n mand of op z'n eigen plek ligt! Deze plaats is taboe voor iedereen! Dat is zijn veilige haven waar hij zich terug kan trekken en rust kan vinden.

Laat kinderen nóóit naar de hond lopen, de hond moet naar de kinderen komen. Je leert de kinderen dat ze steeds moeten vragen aan de hond om te komen. Indien de hond niet komt, moeten ze hem met rust laten. Indien je hond wel komt wil hij contact maken. Voor een hond is een klein kind een pup en de hond zal nooit onder hen staan. Hij zal een kind ook corrigeren als dat nodig is. Meestal zal dit gebeuren als kinderen de verkeerde

handelingen doen zoals bvb rond de nek hangen van de hond of de hond vasthouden terwijl hij weg wil.

Dus LAAT UW HOND NOOIT ALLEEN MET KINDEREN EN HOU TOEZICHT !!!!!

Honden en kinderen gaan niet samen. Honden met hun baasje en kinderen gaan perfect samen.

Wennen aan andere honden in huis. Let wel: De testen die gedaan zijn in asielen of de uitleg die je van de vorige eigenaar krijgt zijn geen geen uitsluitende indicatie dat het lukt met iedere hond. De adoptie honden zijn meestal getest met andere honden maar de ene hond is de andere niet. Testen met reu of teef kunnen al een immens groot verschil maken dus ga er niet zomaar van uit dat er geen schermutselingen kunnen gebeuren. Geef de honden de tijd om aan elkaar te wennen. Forceer niets! Bij honden onderling kan het tot gegrom en heel soms tot een schermutseling leiden. Laat het aan de honden over om hun sociale omgangsregels met elkaar te bepalen. Dit is heel belangrijk omdat het bepalen van de rangorde een natuurlijk gebeuren is. Als u zich hiermee bemoeit, kan het tot problemen leiden omdat wij als mensen 'denken' dat het op een bepaalde manier hoort. Het is bijvoorbeeld niet vanzelfsprekend dat de nieuwe hond automatisch de laagste in rangorde wordt. Troost vooral de hond die een snauw krijgt niet ! Dat is menselijk gedrag waardoor de hond zich niet beter gaat voelen en tot meer conflicten kan leiden. De hond accepteert de natuurlijke rangorde en weet zijn plaats.Het is als leider de bedoeling dat jij die hiërarchie ook respecteert. Dus de hoogste in rang (na jou) krijgt de meeste privileges bvb het meeste aandacht (ook al is het je nieuwe adoptiehond).

Indien je niet zeker bent kun je best de honden muilkorven. Best kun je dit doen onder toezicht van een gedragstherapeut.

Wennen aan een kat in huis.

Ook hierbij geldt: bemoeit u zich hier zo weinig mogelijk mee! Kat en hond zijn prima in staat om dit samen uit te zoeken, ook al duurt het wat langer dan bij honden onder elkaar.

Het is wel belangrijk dat de kat 'weg' kan. Dus niet opgesloten in dezelfde ruimte als de hond.

Meestal zal de kat de hond vermijden en moet je daarmee rekening houden dat de kat een aparte ruimte zal nodig hebben (meestal is dat boven in één van de kamers).

Belangrijk: Je hond mag niet op de kat gaan jagen! Dan moet je onmiddellijk ingrijpen!

Alleen zijn.

Begin onmiddellijk met de training om alleen te zijn. Begin met naar andere kamers te gaan en sluit de deur achter je. Wacht in begin niet te lang zodat je hond niet ongerust wordt.Bouw het 'alleen zijn' in kleine stapjes op. Je kan dit filmen zodat je kan zien wat je hond doet als je er niet bent.

De eerste keer de deur uit

Zorg dat je hond rustig is en liefst op z'n eigen plek ligt te rusten als je weggaat. Leg hem niet vlak voordat je weggaat op z'n plaats, maar zorg dat je ruim van tevoren die rust in bouwt. Doe niet anders dan anders wanneer je weggaat. Doe alsof het heel normaal is. Je hond voelt het allang aan en heeft geen bevestiging meer nodig! begin opnieuw zoals je dat gedaan hebt met het verlaten van de kamer.

Wacht niet te lang om terug te komen en bouw geleidelijk aan de tijd op. Als je thuiskomt en je hond reageert zeer luidruchtig en uitbundig, negeer dan dit gedrag (ook geen oogcontact). U doet opnieuw alsof het heel normaal is, niks bijzonders aan de hand. Laat de hond tot rust komen en roep hem dan naar u toe. Dát is het moment voor knuffelen en prijzen! Dit gedrag bevestigt uw positie als leider. Bouw het langzaam op.

Hij moet leren dat je altijd terug komt.

Te lang wegblijven leert hem dat je weggaat.

Trappen en gladde vloeren.

Het kan zijn dat je hond geen trappen kent. Als je graag wilt dat uw hond de trap op en af gaat, is dat aan te leren. Een andere hond in huis is hierbij de beste leermeester. vooraleer je zelf aan de slag gaat, kun je best een gedragstherapeut van de dierenbescherming Mechelen raadplegen.Hij kan je leren hoe je honden leert traplopen op een veilige manier.Pas vooral op als de hond de trap af wil lopen, hij kan in het begin geneigd zijn te willen springen of meerdere treden tegelijk te willen nemen.

Let op met gladde vloeren. Als je hond daar niet aan gewend is, kan hij gemakkelijk uitglijden. Leer je hond dat hij een gladde vloer rustig moet betreden. tracht te vermijden dat je hond uitglijdt,want als hij dit eenmaal meegemaakt heeft, wil hij soms de kamer niet meer in! Is dit het geval raden we je aan om een gedragstherapeut van de dierenbescherming Mechelen te raadplegen.

Voeding.

Je hond heeft bij ons andere voeding gekregen dan die jij zult geven. Daardoor kan het zijn dat hij de eerste dagen diarree heeft of dunne uitwerpselen heeft. Dat mag echter niet langer duren dan 3a4 dagen.

Informeer eerst welke voeding je je hond wil geven. Er zijn verschillende soorten voeders. De markt is echter zo uitgebreid dat we daar niet alles kunnen over vertellen. Brokken zijn de gemakkelijkste manier om je hond te voeden.

Je kan ook zelf eten klaar maken als je daar tijd wil voor vrij maken. Wil je toch natuurlijke voeding geven en weinig tijd hebt, kun je die ook klaargemaakt en ingevroren kopen.

Geef je hond bij voorkeur 1a2x per dag eten, de hoeveelheid voedsel is afhankelijk van het gewicht van de hond. Richtlijnen staan op de verpakking van het voedsel.

Voor grote honden adviseren we drink- en voerbak in een stabiele standaard. Voor honden met hanglippen is het beter om niets tussendoor te voeren. Als hij niet beter weet zal hij ook niet gaan kwijlen wanneer jij eet.

Laat het eten niet staan maar neem het weg nadat je hond tijd genoeg gekregen heeft om te eten.

Let wel: De voeding dient voor je hond. Kleur en geur mogen voor jou geen rol spelen maar je hond moet ze lekker vinden.

Voedsel stelen.

Honden kunnen ontzettend snel zijn in het stelen van voedsel. Ook de inhoud van de afvalbak zowel binnen als buiten kan voor hen erg interessant zijn! Als je hond eenmaal succes heeft gehad met het stelen, is dit gedrag moeilijk af te leren. Probeer daarom ten allen tijde te voorkomen dat je hond voeding kan stelen. Wees alert als je met voedsel bezig bent, slechts 1 seconde van onoplettendheid en wég is je steak! (zelfs uit de pan)

Laat vooral geen eten ergens liggen, sluit de kasten goed af en zorg dat de afvalbak niet open kan of om kan vallen. Let op:

Honden die voeding hebben bemachtigd kunnen dit verdedigen met grommen en zelfs happen.

Water drinken.

Sommige honden drinken de eerste dagen geen of weinig water. Houd dit goed in de gaten omdat ze voldoende vocht binnen moeten krijgen.

Er zijn ook honden die extreem veel drinken. Dit kan te maken hebben met nervositeit. Bij langdurig abnormaal veel of weinig drinken contacteer je best je dierenarts.

Angst.

Als je hond erg angstig is, zul je al gauw de neiging hebben om uw hond tegen die angst te beschermen. De hond krijgt daardoor geen mogelijkheid om ander gedrag aan te leren. De beste manier om angst te overwinnen, is de afstand van datgene waar hij angstig van is te vergroten en je hond af te leiden. Je hond kan maar aan één ding tegelijk denken. Het is óf de angst, óf iets anders. Eenvoudige aandachtsoefeningen zoals "zit" en "kom hier", kunnen je hond al afleiden, vooral als er een beloning volgt als de oefening goed uitgevoerd is!

Pas vooral op dat je je angstige hond niet gaat troosten door aan te halen met sussende woordjes.Kijk je angstige hond niet recht in de ogen, dat vindt hij bedreigend en dat zal hem nog angstiger maken.

Dwing je hond nooit iets te doen als hij angstig is, de kans dat hij in het dichtstbijzijnde lichaamsdeel bijt (meestal handen en gezicht) is groot!

Buig je niet over een angstige hond heen. Laat het initiatief tot lichamelijk contact van de hond zelf uitgaan, dring jezelf niet op. Aai de hond niet meteen over z'n kop en/of nek, maar kriebel rustig een beetje en streel op de zijkant over de borst. Als de hond toestaat dat u hem aait, doe dat dan altijd met rustige bewegingen. Beperk uzelf in het begin tot de zijkant van de kop en oren. sommige honden vinden een zachte oor massage zalig.

Laat de hond bij u komen en beloon dan voor het uitvoeren van jou commando met iets lekkers. Pas op dat u het lekkers niet geeft als de hond terugdeinst, dan beloont je juist het angstgedrag!

Vraag zoveel mogelijk mensen om uw hond iets lekkers te geven, maar dring het nooit op aan de hond. Hij moet het komen halen.

Let op : Angstige honden kunnen onvoorspelbaar zijn!

Onzindelijkheid.

Je hond heeft een tijdje in ons asiel doorgebracht. Daar moest hij plassen in zijn hok. Het kan zijn dat hij daardoor terug onzindelijk is geworden. Om hem terug zindelijk te maken ga je, vooral in begin regelmatig buiten met je hond en beloon je hem voor het buiten doen van zijn behoefte.

Een hond die opgegroeid is in een kennel heeft nooit geleerd wat zindelijkheid is. Deze hond heeft dezelfde zindelijkheidstraining nodig als een pup. Dat betekent onder andere dat je je hond uit moet laten als hij gegeten, geslapen of gespeeld heeft. Minstens 6 tot 8 keer per dag uitlaten, liefst om de 2 uur. Hou vaste etenstijden aan zodat het een beetje voorspelbaar wordt wanneer hij moet ontlasten.

Probeer een vast uitlaat plekje te vinden dicht bij huis. Het heeft geen zin uren te gaan lopen, de hond zal z'n plas/poep ophouden tot hij weer binnen is. Blijf net zolang op de uitlaatplek tot de hond z'n behoefte heeft gedaan. Zindelijkheidstraining staat of valt met het voorkomen van plassen in huis. Hoe meer tijd u besteedt aan het in de gaten houden van de hond en het dus tijdig naar buiten brengen van de hond, hoe sneller de hond zindelijk zal zijn. Wees erop voorbereid om direct weer naar buiten te gaan als de hond aanstalten maakt om z'n behoefte te doen! Als het buiten lukt, beloont je je hond natuurlijk uitbundig met uw stem, een knuffel of iets lekkers. Ga daarna pas aan de wandel.

Onzindelijk tijdens alleen zijn.

De oorzaak is meestal grote angst. Je hond krijgt dan een verhoogde stofwisseling door angst en opwinding en kan z'n behoefte daardoor niet ophouden. Een gedragstherapeut van de dierenbescherming Mechelen kan je dan helpen.

Onzindelijkheid door deemoed.

Het blijdschaps plasje of onderdanigheids plasje wordt dikwijls aanzien als onzindelijkheid en geeft bij sommige eigenaars de indruk dat hun hond ze pest, want "hij is toch juist buiten geweest en hij plast als hij binnenkomt, en hij doet het dan nog als hij bij mij is".

Sommige honden begroeten je met een klein plasje. Dit is hondentaal en betekent dat hij onderdanig wil zijn t.o.v. jou.

Om dit gedrag te doorbreken, negeert u de hond als u thuiskomt. U kunt ook direct (maar dan echt onmiddellijk!) de aandacht afleiden door iets lekkers weg te gooien waar de hond achteraan gaat.

Als je je hond toch wil begroeten moet je volgende punten in acht nemen.

Je zegt niets (vooral niet als je een zware stem hebt)

Je kijkt niet in de ogen van je hond (dit is te bedreigend)

Je buigt niet over hem maar knielt naast hem (overstaan is een dominante handeling) Je streelt nooit over het hoofd of in de nek maar langs de flank. (over hoofd en nek strelen is een dominante handeling).

Slaapzucht.

Sommige honden kunnen de eerste periode heel veel slapen. Dat is hun manier om alle spanningen te verwerken. Geef ze de rust die ze nodig hebben.

Straffen!!!

Straffen staat als laatste en dit hoort ook zo. Straffen doe je als alle andere middelen uitgeput zijn.

Gebruik nooit fysieke straffen bij een volwassen adoptiehond, want het kan ook anders.

Let op, je hebt een volwassen hond in huis. Hij aanvaardt niet zomaar dat je hem fysiek straft. Menig eigenaar denkt nog steeds dat hij door fysiek geweld te gebruiken, zijn hond duidelijk maakt wie de baas is. Menig eigenaars die zo dachten zijn ook al gebeten door hun nieuwe hond.

Een hond bijt niet zomaar. Hij heeft daar meestal een goede reden voor.

Zorg eerst dat de relatie goed zit voor je gaat straffen (zonder fysiek geweld). Een hond aanvaard enkel straf van de leider en hogere in de hiërarchie, dus het is van belang dat eerst de relatie goed zit voor je gaat "straffen".

Daarom mogen kinderen de hond nooit straffen. Zij zijn altijd de lagere in rang en een hond aanvaard geen straf van een lagere.

Als leider of hogere heb je geen fysiek geweld nodig. Honden onder elkaar lossen hun probleem ook niet op door onmiddellijk aan te vallen. Meestal is een grom genoeg om de lagere duidelijk te maken dat hij moet stoppen waarmee hij bezig is. Dus kunnen wij ook deze hondentaal gebruiken.

Straf uw hond door een lage stem of zelfs het nabootsen van grommen. Dit moet niet luid zijn maar wel hoorbaar voor je hond. Pas als dit genegeerd wordt brul je heel hard 'foei"(of iets anders), waardoor hij schrikt. Straf moet altijd gegeven worden tijdens dat je hond iets fout doet. Voor of na de daad straffen is nutteloos en belachelijk (vooral voor jou), want stel je voor dat je gaat grommen tegen je hond als hij een uur geleden een put in je tuin gegraven heeft. Zou jij het begrijpen? Jouw hond begrijpt het ook niet. Lachwekkent toch?

Brullen kan zeer effectief zijn maar, maak niet de fout om steeds te brullen tegen je hond want daar wordt hij binnen de kortste keren immuun tegen en dan helpt jou brullen helemaal niet meer.

Vermijd dat je moet straffen en beloon vooral wat hij goed doet

Vragen:

Je mag steeds contact met ons opnemen als er problemen zijn en we zullen je zo goed mogelijk adviseren.

"Keulen en Aken werden ook niet op één dag gebouwd".

Geef niet te snel op!!

Veel plezier met je nieuwe vriend.